Voorkeur voor mRNA-vaccins voor jongere groepen
Het verdient de voorkeur om mRNA-vaccins (Moderna en BioNTech/Pfizer) in te zetten bij jongere groepen mensen die gaan worden uitgenodigd voor een eerste prik. Deze vaccins kennen een hogere effectiviteit en minder nadelen dan vectorvaccins (AstraZeneca en Janssen). Omdat de mRNA-vaccins nu volop beschikbaar zijn en het aantal corona-besmettingen nu relatief laag is, kan Nederland zich deze keuze in het vaccinatieprogramma veroorloven. Dat schrijft de Gezondheidsraad in een spoedadvies dat vandaag is aangeboden aan de minister van VWS.
Voor AstraZeneca blijft het advies: alleen inzetten voor mensen boven de 60 jaar. Omdat er geen nieuwe wetenschappelijke gegevens beschikbaar zijn ziet de Gezondheidsraad geen aanleiding om dat advies te herzien, zo meldt de raad in een spoedadvies dat ook vandaag is aangeboden aan de minister van VWS.
Naar de adviezen:
-
Inzet vaccins in huidige fase COVID-19-vaccinatieprogramma
De COVID-19-pandemie is in een andere fase terechtgekomen. Het aantal coronabesmettingen daalt al enige tijd gestaag en er zijn ...
-
Leeftijdsgrens en tweede dosis AstraZeneca-vaccin
De Gezondheidsraad heeft op 9 april 2021 geadviseerd om het AstraZeneca-vaccin in te zetten bij mensen van 60 jaar en ouder. De ...