Kwesties van discussie
De tijd waarin het opstellen van een Gezondheidsraadadvies het exclusieve werk was van een hooggeleerd gezelschap – achter gesloten deuren in een ‘ivoren toren’ – ligt ver achter ons. De commissieleden behoren nog steeds tot de besten op hun vakgebied, maar steeds vaker zoekt de Gezondheidsraad actief de inbreng van belanghebbenden.
In 2016 was een goed voorbeeld van deze aanpak het advies Onderzoek waarvan je beter wordt, waarmee de Gezondheidsraad op 12 oktober naar buiten trad. Het advies pleit voor een koerswijziging van het onderzoek aan de umc’s. Dat zou wat minder gericht moeten zijn op basale biomedische vragen en op complexe medisch-specialistische onderwerpen en meer waarde moeten hechten aan de maatschappelijke relevantie van onderzoeken.
Het doel van de minister van VWS met het gevraagde advies was het aanwakkeren van de discussie over waar umc’s hun onderzoeken op zouden moeten richten. Door de gevolgde werkwijze kwam die discussie al op gang, nog voordat het finale advies verscheen. Voorzitter van de commissie was de Nijmeegse hoogleraar huisartsgeneeskunde Pim Assendelft:
Als voorzitter van de commissie heb ik de dialoog aangemoedigd in onze zeer breed samengestelde commissie, met onder meer hoogleraren uit de academische psychiatrie en interne geneeskunde. Verder was een decaan als waarnemer betrokken bij onze vergaderingen. In de commissie zijn stevige discussies gevoerd. En samen met de twee secretarissen zochten we op verzoek van de minister die dialoog ook op: we zijn twee keer bij de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU) – de decanen – langs geweest. Ook hebben we gesproken met jongGR en hebben we een hoorzitting met stakeholders gehad, waaronder ook verzekeraars, subsidiegevers en patiëntenorganisaties.
Na publicatie van het advies werd de discussie verder gevoerd in de media. De Volkskrant had de primeur. NRC, Trouw, Nederlands Dagblad en Reformatorisch Dagblad volgden. Ook de Belgische krant De Morgen besteedde aandacht aan het advies, dat ook van toepassing lijkt op de situatie in België. De voorzitter van de Gezondheidsraad – Pim van Gool – ontving tal van uitnodigingen voor radio- en televisieprogramma's en voor bijeenkomsten in het land.