BCG-vaccinatie en COVID-19; vervolgadvies
Sinds eind 2020 zijn er COVID-19-vaccins beschikbaar die effectief zijn gebleken in het beschermen tegen (ernstige) ziekte. Aan het begin van de COVID-19-pandemie, toen er nog geen COVID-19-vaccins beschikbaar waren, werd gesteld dat het vaccin tegen tuberculose (Bacillus Calmette-Guérin, BCG) mogelijk ook zou kunnen beschermen tegen COVID-19. Van het BCG-vaccin zijn namelijk ook effecten beschreven op andere infecties. In oktober van 2020 heeft de Gezondheidsraad een eerste advies uitgebracht over BCG-vaccinatie en COVID-19.
Destijds waren er te weinig gegevens beschikbaar om de werkzaamheid en veiligheid van BCG-vaccinatie bij COVID-19 te kunnen beoordelen. Inmiddels zijn er meer wetenschappelijke gegevens beschikbaar en heeft de Gezondheidsraad opnieuw beoordeeld of BCG-vaccinatie ingezet kan worden tegen COVID-19. De raad concludeert dat er geen overtuigend bewijs is voor relevante effecten van BCG-vaccinatie op het aantal gevallen van COVID-19. Ook is er geen overtuigend bewijs dat BCG-vaccinatie werkt tegen ernstige ziekte als gevolg van COVID-19. De Gezondheidsraad ziet dan ook geen aanleiding om BCG-vaccinatie toe te voegen aan het huidige aanbod van COVID-19-vaccinaties.